Het ontstaan van de kamer aan suite
In de 18de eeuw is de kamer aan suite ontstaan doordat men de voorkamer en achterkamer ging scheiden. De voorkamer aan de straatkant werd vaak gebruikt om zakelijk bezoek te ontvangen, terwijl de achterkamer werd gebruikt als woonkamer. Deze scheiding werd gemaakt door één of twee schuifdeuren die in de muur of achter kasten verdwenen bij het openschuiven. De schuifdeuren waren van massief hout of bestonden uit houten panelen. Later werden de schuifdeuren ook vaker voorzien van glas in lood raampjes of sierglas om de kamer van meer licht te voorzien.
De opdeling van de kamers werd op sommige plaatsen ook gebruikt om een huiselijk theater te creëren. De ene kamer werd dan ingericht als toneel, de schuifdeuren werden hierbij gebruikt als theatergordijn, het publiek nam plaats in de andere kamer. In het begin waren vooral de luxere woningen voorzien van een kamerensuite, maar na de industrialisatie van Nederland, rond 1870, deed deze woonvorm ook zijn intrede in de normale huishoudens. Na de tweede wereldoorlog en de hier opvolgende wederopbouw is de kamerensuite verdwenen uit de Nederlandse woningen omdat men zo snel en goedkoop mogelijk wilde bouwen. Sinds de jaren 80 is heeft de kamer aan suite weer aan populariteit gewonnen.
